Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij daarentegen zeide tot hen: Wat heb ik nu gedaan, [3]gelijk gijlieden; zijn niet de [4]nalezingen van Efraim beter dan de wijnoogst van [5]Abi-ezer? 3. Dat is, hetwelk met uw daad te vergelijken is. 4. Hij verstaat het vervolgen des vluchtenden heirlegers van de Midianieten en het vangen der twee vorsten; dit vergelijkt hij met het nalezen der druiven, die in den wijnoogst overgelaten zijn, en zijn eigen doen bij den wijnoogst zelf. 5. Dat is, het ganse werk van mij en mijn huis. Want hij was een Abiezriet. Zie boven, hfdst.6 vs.11.